De Zwaluw en de Kraai

Samenvatting

In dit verhaal discussiëren De Zwaluw en de Kraai over de waarde van hun respectieve verenkleed. De Zwaluw roemt het belang van zijn helderwitte en donzige veren, en wijst daarbij op de zwarte en stijve veren van de Kraai, die volgens hem minderwaardig zijn. De Kraai verdedigt echter zijn veren door te wijzen op hun voordelen in de wintermaanden, een seizoen waarin de Zwaluw opvallend afwezig is. De moraal van het verhaal draait om het waarderen van diversiteit in kwaliteiten en het erkennen dat verschillende omstandigheden verschillende eigenschappen gunstiger kunnen maken.

Luister naar de audio


Lees online

De Zwaluw en de Kraai hadden op een dag ruzie over hun verenkleed.

De Zwaluw zei: “Kijk eens naar mijn helderwitte donzige veren. Jouw zwarte stijve veren zijn het niet waard om te hebben. Waarom kleed jij je niet beter? Toon een beetje trots!”

“Jouw veren doen het misschien heel goed in de lente”, antwoordde de Kraai, “maar ik kan me niet herinneren jou ooit in de winter te hebben gezien, en dan genieten wij kraaien het meest.”